Bombón I (El Rey de Chocolate)
Cri-Cri
Bombón I (De Koning van Chocolade)
Er was een koning in een kasteel
Met muren van kweepeer
Met zijn binnenplaatsen van amandel
En zijn torens van nougat
Hij was de koning van chocolade
Met een neus van pinda
En ondanks dat hij zo zoet was
Had hij een bitter hart
Prinses Karamel
Wilde niet met hem leven
Want de koning, in plaats van haar
Had alleen maar pure honing, oh
Die koning, toen hij zijn lot zag
Begon zo hard te huilen
Dat, terwijl hij huilde, het kasteel viel
En een meringue hem verpletterde
In de bossen van het kasteel
Hebben ze een grote wafel geplant
En ze besproeien het vroeg
Met limonade
In het meer, de waterval
Is van korrelige suiker
En de beek, in plaats van stenen
Sleept snoep mee
Prinses Karamel
Stuurde haar page met de lolly
Naar de monarch
Om eindelijk ja te zeggen
De Markies van Piloncillo
De butler van het kasteel
Heeft het met zijn tong schoongemaakt
Zodat de koning kan trouwen