L'uomo In Frack
Domenico Modugno
De Man in Frak
Het is middernacht
De geluiden verstommen
Ook het bord dooft
Van dat laatste café
De straten zijn verlaten
Verlaten en stil
Een laatste koets piepend rijdt voorbij
De rivier stroomt traag
Ruisend onder de bruggen
De maan straalt aan de hemel
De hele stad slaapt
Alleen gaat een man in frak
Hij heeft een hoed van cilindervorm
Twee diamanten als manchetknopen
Een kristallen stok
De gardenia in zijn revers
En op zijn witte gilet
Een vlinderdas
Een vlinderdas van blauw zijde
Hij komt langzaam dichterbij
Met een elegante pas
Hij heeft een dromerige uitstraling
Melancholisch en afwezig
En men weet niet van waar hij komt
Of waar hij heen gaat, wie zou hij zijn
Die man in frak
Goede nacht, goede nacht
Goede nacht, goede nacht
Goede nacht
Zegt hij tegen alles
Tegen de verlichte lantaarns
Tegen een verliefde kat
Die als een zwerver weggaat
De dageraad is nu gekomen
De lantaarns doven
Langzaam ontwaakt
De hele stad
De maan is betoverd
Verbaasd en verbleekt
Langzaam vervaagt ze in de lucht
Een raam gaapt
Over de stille rivier
En in het witte licht
Drijven ze weg
Een hoed, een bloem en een frak
Zachtjes drijvend
En zich laten wiegen
Daalt hij langzaam af
Onder de bruggen naar de zee
Naar de zee gaat hij
Wie zou hij zijn, wie zou hij zijn
Die man in frak
Vaarwel, vaarwel, vaarwel, vaarwel
Vaarwel tegen de wereld
Tegen de herinneringen van het verleden
Tegen een droom die nooit gedroomd is
Tegen een moment van liefde dat nooit meer terugkomt
La, la, lala
La, la, lala