Mélancolie
Yves Duteil
Melancholie
Er zijn van die dagen waarop, als de dag aanbreekt,
Je zou willen terugkeren naar de diepte van een droom.
En dan, plotseling, wanneer de toren luidt,
Er zijn van die dagen waarop je niemand meer bent.
Dus sluiten we even de ogen.
Als we ze weer openen, is alles zoals voorheen.
De mensen zien je en hun blik is verbaasd.
Er zijn van die dagen waarop je niemand meer bent.
Zoals in het midden van een lege bioscoop,
Spoelen we terug en alles gaat achteruit.
En als we denken aan de mensen die we achterlaten,
Er zijn van die dagen waarop je niemand meer bent.
La la la la la la
La la la
La la la...
Je hart openen voor alle winden die voorbijgaan,
En, dat op een ochtend, al het verdriet verdwijnt.
Om te vergeten, in het geluk dat we geven,
Dat er van die dagen zijn waarop je niemand meer bent,
Dat er van die dagen zijn waarop, als de dag aanbreekt,
Je zou willen terugkeren naar de diepte van de dromen
En in slaap vallen wanneer de toren luidt.
Er zijn van die dagen waarop je niemand meer bent.