Nous Sommes Deux
Georges Moustaki
Wij zijn met z'n tweeën
Wij zijn met z'n tweeën
Wij zijn met z'n tweeën
Acht uur gaat snel luiden.
En de lamp gaat uit, de bewaker klopt
Vanavond komen ze ons weer zien.
De één gaat voorop, de één gaat voorop
En de anderen volgen erachter
Dan de stilte en dan hier is
Hetzelfde lied dat weer terugkomt
De één gaat voorop, de één gaat voorop
En de anderen volgen erachter
Dan de stilte en dan hier is
Hetzelfde lied dat weer terugkomt
Hij klopt twee keer
Hij klopt drie keer
Hij klopt duizend drieëntwintig keer
Jij hebt pijn, jij
En ik heb pijn, ik
Wie van ons tweeën heeft de meeste pijn?
De toekomst zal het zeggen
Wij zijn met z'n tweeën
Wij zijn met z'n drieën
Wij zijn duizend drieëntwintig
Met de tijd, met de regen
Met het bloed dat is opgedroogd
En de pijn die in ons leeft
Die ons doorboort en die ons spijkert
Wij zijn met z'n tweeën
Wij zijn met z'n drieën
Wij zijn duizend drieëntwintig
Met de tijd, met de regen
Met het bloed dat is opgedroogd
En de pijn die in ons leeft
Die ons doorboort en die ons spijkert.
Onze pijn zal ons leiden
Wij zijn met z'n tweeën
Wij zijn met z'n drieën
Wij zijn duizend drieëntwintig