Wandering
Hako Yamasaki
Dolen
Er is geen thuis meer
Alleen de weg die ik nu loop
De stad die ik leuk vind
Is mijn nieuwe thuis geworden
Ongemerkt vervaagt het
Het is vervaagd
Het zou zo geliefd moeten zijn
Die bergen daar
De witte nevel steekt in mijn huid
Die angstaanjagende helderheid
Er is niemand om van te houden
Nu ben ik alleen in mijn zwerftocht
Als de zon ondergaat, zing ik een rood lied
Dat is, dat is mijn troost
Zelfs als ik een vriendelijke persoon tegenkom
In een onbekende stad
Kan ik mijn hart niet tonen
Dat ben ik nu
Als we elkaar niet begrijpen
Laten we dan vreemden blijven
Ik wil de verre toekomst niet zien
Ik wil er niet naar omkijken
Ik leef nu
En dat is alles wat er is
Omdat het alleen van mij is
Ben ik nergens bang voor
Ben ik nergens bang voor