Vulgaris Magistralis
Heidevolk
ik ben vulgaris magistralis
en ik rijd op een mammoet in het rond
ik kook mijn potjen op een werkende vulkaan
een dinosaurus noem ik een halve haan
wodan en donar bent achterneef van mijn
maar die heb ik al eeuwen niet gezien
ik leef allen in de nacht
in het donker op jacht
ik ben vulgaris magistralis
en ik rijd op een mammoet in het rond
ik ben vulgaris magistralis
en op zondag op een mastodont
een maffe professor had van mijn geheurd
en kwam op zijn solex naar de achterhoek gescheurd
met camera's en lasso's maakt hij jacht op mij
maar mijn hol is nooit ontdekt en geen mens heeft mijn gezien
ik ben een waar kampieon
in een echt visioen
ik ben vulgaris magistralis
en ik rijd op een mammoet in het rond
ik ben vulgaris magistralis
en op zondag op een mastodont
ik sluup door de bossen van den achterhoek
zie wilt mijn strikken veur het witten doek
bij nacht en ontij kom ik uit mijn hol
mies bouwman en spielberg wilt mij in de hoodfrol
maar zie krijgt mij niet
nee zie krijgt mij niet
nee zie krijgt mij nooit, nooit, nooit
ik ben vulgaris magistralis
en ik rijd op een mammoet in het rond
ik ben vulgaris magistralis
en op zondag op een mastodont
ik ben normalis archivadis
en ik beitel kornieken in de rots
ik bun vulgaris, als dit waar is
en de vrouwtjes bewerk ik met mijn knots