La Hormiguita
Juan Luis Guerra 4.40
De Mier
Ik ontmoette haar op een middag
Met haar gitaar ving ze bolero's
Ze droeg een spijkerbroek
En een geel roosje in haar haar
"Wat ga je doen?" vroeg ze lachend
"Wat jij wilt," antwoordde ik
We gingen naar de zee en doopten onze dromen
Ik knipoogde en een dolfijn
Tekende een golvende lijn op haar borst
Toen lachte ik en doorbraken we het ijs
(En doorbraken we het ijs)
We beten in onze vingers
(We beten in onze vingers)
Als een altviool in een cello solo
Je bent als een mier
Die me kust en me steekt
Die over mijn rug kruipt
En in mijn baard gaat liggen
Om geografie te bestuderen, ía
Je bent als een trapezeartiest
Die over mijn tong springt
En je bloemencircus tilt me op en laat me weer los
De tel kwijtraken
De tel kwijtraken. Eh eh eh
En ik had zin om te huilen
Maar alleen in mijn rechteroog
Ze sprak over de maan en Chopin
En ik speelde de prelude van een kus
Toen lachte ik en doorbraken we het ijs
(En doorbraken we het ijs)
We beten in onze vingers
(We beten in onze vingers)
Als een altviool in een cello solo
Je bent als een mier
Die me kust en me steekt
Die over mijn rug kruipt
En in mijn baard gaat liggen
Om geografie te bestuderen, ía
Je bent als een trapezeartiest
Die over mijn tong springt
En je bloemencircus tilt me op en laat me weer los
De tel kwijtraken
De tel kwijtraken, Eh eh eh