Rest (쉼표)

Hoe was je dag vandaag?
Ik ben benieuwd, wil je het me vertellen?
Oh, ik begrijp het, je bent moe.
Je hebt het maar net overleefd.
Goed dat ik het vroeg.

Je hebt een lange tijd volgehouden.
Ik ben trots, je hebt het zwaar gehad.
Als het moeilijk is om vol te houden,
Kom gewoon naar me toe zonder je zorgen.
Ja, zo is het.

Ik bied je mijn schouder aan.
Wat een ruimte, er is genoeg plek.
Je mag lekker leunen en uitrusten, toch?
Perfect, het is precies een interlude.

Ik ga je niet zeggen dat je sterk moet zijn.
Je mag alles loslaten en gewoon opgeven.
Omdat je je best hebt gedaan,
Is de vermoeide jij nog steeds mooi zoals je bent.
Met jou in mijn armen,
Zal ik zeggen dat ik van je hou.
Als je het gevoel hebt dat er niemand aan jouw kant staat,
Zal ik aan jouw kant staan.

Slaap diep en zoet.