La Calandria
Pedro Infante
De Goudvink
In een gouden kooi
Helling van een balkon
Er was een calandria
Je pijn zingen
Tot een klein musje
Ik kom bij zijn kooi
Als je mij eruit kunt halen
Ik vertrek met jou
En het arme musje
Hij werd verliefd op haar
En de arme man deed wat hij kon
De draden braken
En de ondankbare calandria
Nadat ik het eruit heb gehaald
Toen was hij vrij
Vlieg, vlieg en vlieg!
Het arme musje
Ik volgde haar nog steeds
Om te zien of het vervuld is
Wat ik hem beloofde
De kwade calandria
Ik beantwoord dit
Ik ken je niet
Ik ben geen gevangene geweest
En het musje is verdrietig
Toen kwam hij terug
Hij stopte bij een appelboom
Ik huil, huil en huil
En nu in die kooi
Balkonhelling
Het musje wordt gevonden
Je passie zingen