Cesteiros
Rodrigo Cuevas
Mandenvlechters
Wij zijn arme mandenvlechters
Mandjes die we maken
Armzalig zijn wij
Die gaan sterven
Honger die ik heb, ga weg, oh God!
Ik weet niet of het honger is of dat het hoest
Het komt binnen via de mond en gaat eruit via de voeten
Omdat deze wereld op z'n kop is gemaakt
Als we naar de markt gaan
Met de manden om te verkopen
Roepen we de vrouwen
Dat ze ons komen bekijken
En het zijn goede mandjes, en ze zijn, zijn, zijn
Want zoals de mijne is er geen één, nee
En het zijn goede mandjes, kijk goed
Want zoals de mijne maakt niemand ze meer
Als we naar het dorp gaan via de Hoofdstraat
Blijven de dames zitten in een portiek
Zij, heel opgemaakt, komen naar het balkon
Pratend met hun vingers over woordjes van liefde
En het zijn goede mandjes, en ze zijn, zijn, zijn
Want zoals de mijne is er geen één, nee
En het zijn goede mandjes, kijk goed
Want zoals de mijne maakt niemand ze meer
Honger die ik heb, ga weg, oh God!
Ik weet niet of het honger is of dat het hoest
Het komt binnen via de mond en gaat eruit via de voeten
Omdat deze wereld op z'n kop is gemaakt