Causas y Azares
Silvio Rodriguez
Oorzaken en Toeval
Toen Pedro naar zijn raam stapte
Wist hij niet, mijn lief, wist hij niet
Dat het licht van die heldere morgen
Het licht van zijn laatste dag was.
En de oorzaken sloten hem in
Alledaags, onzichtbaar.
En het toeval raakte verstrikt
Krachtig, onoverwinnelijk.
Toen Juan terugkeerde naar zijn bed
Wist hij niet, oh geliefde ziel
Dat in de regenachtige nacht zonder dak
De liefde van zijn leven op hem wachtte.
En de oorzaken sloten hem in
Alledaags, onzichtbaar.
En het toeval raakte verstrikt
Krachtig, onoverwinnelijk.
Wanneer dit vers dat ik zing eindigt
Weet ik niet, weet ik niet, mijn moeder
Of de vrede of de angst op me wacht;
Of het nu of nog steeds.
Want de oorzaken sluiten me in
Alledaags, onzichtbaar.
En het toeval komt me verstrikken
Krachtig, onoverwinnelijk.