のぞきたい (nozokitai)
ザアザア (Xaa-Xaa)
Ik wil gluren
Ik wil gluren
Ik kan niet gluren
Ik wil gluren
Ik kan niet gluren
Jouw hart
Jouw naaktheid
Excuseer me
Dat kan toch niet, of wel?
Wees niet verlegen, laat het zien
Laat het nu zien, kom op
Ik wil door die opening gluren
Alleen al bij de gedachte loopt het water me in de mond
Zachtjes en onopgemerkt uitvoeren
Wat zou er verderop zijn?
Alleen al bij de gedachte krijg ik vlammen
Als ik het niet weet, wil ik het weten, toch?
Het is zo mooi dat het niet te geloven is
De mooiste ter wereld
Ik wil gluren
Ik wil gluren
Ik wil gluren
Ik kan niet gluren
Waarom is dat zo?
Het ziet er vies uit
Kom hierheen, laat het zien
Laat die viezigheid zien, kijk
Ik heb het gezien door die opening
Alleen al bij de gedachte word ik misselijk
Vies, vies, vies, vies
Het was er zeker
Alleen al bij de gedachte is het rot
Ik weet het niet, weet het niet, weet het niet, weet het niet
Ik zal je beschermen
Ik laat niemand je in de weg staan
Ik wil gluren
Ik wil gluren
Ik wil gluren
Ik kan niet gluren
Ik wil die mooie rondingen zien
Van je dijen naar je billen
Van die slanke armen naar je borsten
Langzaam mijn blik verplaatsen
Op jouw rug, die ik alleen ken
Die kleine, kleine moedervlek
Van boven naar beneden, diep in je baarmoeder
Ik ga gluren, ja
Het is zo mooi dat het niet te geloven is
Ik wil je beter leren kennen
Ik wil tot diep in je ziel kijken
Ik wil gluren
Ik wil gluren
Ik wil gluren
Ik kan niet gluren